Als één van de eerste gemeenten in onze provincie zet Zele in op de bestrijding van de eikenprocessierups door vogelkastjes te hangen voor mezen. Zij zijn de natuurlijke vijanden van de rupsen.
Maar liefst 115 vogelhuisjes zal De Goudvink uit Zele plaatsen in de gemeentelijke eikenbomen. Om zo de komende lente een nieuwe plaag van de processierups te vermijden. “Mezen gaan rond deze periode op zoek naar een slaapplaats”, zegt Jaak Sterckx van De Goudvink. “Wij hebben in het verleden al 40 nestkastjes die we zelf maken opgehangen om de soort opnieuw te doen opbloeien. Ook deze keer maken we de huisjes zelf en zullen we ze een keer per jaar schoonmaken. Dat is nodig, want niet elke nieuwgeboren mees raakt uit het nest, maar de vogels keren meestal wel terug naar hun plekje.”
Processierupsen vormen een plaag en zijn storend, aangezien hun haartjes voor een prikkelend gevoel zorgen en zo voor jeuk op onze huid. De nesten worden verwijderd door gespecialiseerde firma’s, maar in Zele hebben ze nu mogelijk een natuurlijke oplossing gevonden. “De eerste kasten komen in het Sport- en Wandelpark Ter Elst, daar staan veel zomereiken”, volgens schepen van Dierenwelzijn Thomas Bauwens (CD&V).
“In de strijd tegen de eikenprocessierups worden veel verschillende middelen ingezet, zonder dat de effectiviteit ervan werd bewezen of er uitvoering onderzoek naar de effecten ervan gebeurde. Er worden soms zelfs middelen ingezet die ook rupsen van andere, beschermde vlindersoorten treft. Door te kiezen voor deze veilige en doelgerichte methode gaan we dat tegen. Dankzij de nestkasten zou het aantal processierupsen met 70 tot 80 procent moeten dalen. Dat zou dan even effectief zijn als de chemische bestrijding die nu soms wordt ingezet. De precieze effecten op het aantal rupsen moeten we afwachten, maar dit project heeft ook een belangrijke meerwaarde voor de mezenpopulatie door hen meer nestkansen aan te bieden en zo hun bestand te doen groeien.”